Tot het begin van de 20e eeuw waren de boeren uit Heino gewend zelfstandig hun bedrijf uit te oefenen. Ze fokten varkens en runderen en maakten boter op hun boerderij. De producten die over waren, verkochten ze zelf op lokale markten of aan handelaren. Door de komst van landbouw- en zuivelcoöperaties veranderde hun bedrijfsvoering ingrijpend. Samenwerking op basis van solidariteit was voortaan de boodschap.
De eerste stoomzuivelfabriek in Heino werd in 1901 opgericht door de gebroeders Maas: fabrikanten uit Wijhe, en de gebroeders Lugard: handelaren-exporteurs uit Deventer. Na negen jaar